Regels voor cameratoezicht in uw bedrijf

Gepubliceerd door:
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
2 min lezen
English version

Wilt u camera's ophangen in uw bedrijf? U wilt bijvoorbeeld uw personeel, klanten of uw gebouw beschermen. Met cameratoezicht maakt u inbreuk op de privacy van uw werknemers en klanten. U mag alleen camera's ophangen als u voldoet aan de eisen die in de privacywet AVG staan.

Voorwaarden voor cameratoezicht

Als u camera's wilt gebruiken, moet u aan deze eisen voldoen:

  • U moet een goede reden (grondslag) hebben om een camera op te hangen. Vaak is dat een gerechtvaardigd belang. De reden om de camera op te hangen, moet zwaarder wegen dan het recht op privacy van uw werknemers of klanten. Bijvoorbeeld diefstal of grensoverschrijdend gedrag voorkomen.
  • U moet kunnen laten zien dat cameratoezicht echt nodig is. U moet controleren of er een andere manier is om uw doel te halen. Een manier die minder of geen inbreuk maakt op de privacy van uw medewerkers of klanten.
  • Is er een hoog privacyrisico voor de mensen die u filmt? Dan moet u een data protection impact assessment (DPIA) uitvoeren. Een DPIA is altijd verplicht als u het cameratoezicht op veel plekken gebruikt of voor een langere periode inzet.
  • Voor cameratoezicht op de werkplek moet u uw plannen vooraf bespreken met de ondernemingsraad (OR). De OR moet het eens zijn met het cameratoezicht.
  • U houdt rekening met de privacyrechten van uw werknemers en klanten. U moet duidelijk aangeven dat er cameratoezicht is en waarom. Gebruik bijvoorbeeld bordjes of een 'sticker camerabewaking'.
  • U bewaart camerabeelden niet langer dan nodig is. Heeft u een incident opgenomen? Dan mag u de opname bewaren tot het is opgelost.

Verborgen camera ophangen

U mag alleen onder bepaalde voorwaarden een verborgen camera gebruiken. Bijvoorbeeld bij een duidelijk vermoeden van diefstal of fraude door een werknemer. En het lukt u ondanks uw inzet niet om de diefstal of fraude te stoppen. Als u een verborgen camera gebruikt, gelden de volgende regels:

  • U gebruikt de verborgen camera tijdelijk.
  • U zorgt ervoor dat de inbreuk op de privacy van de mensen die u filmt zo klein mogelijk is. Filmen in pashokjes, kleedkamers of toiletten mag niet.
  • U laat uw klanten of werknemers vooraf weten dat verborgen camera's in bepaalde situaties mogelijk zijn. Bijvoorbeeld in een personeelsreglement of in een reglement cameratoezicht.
  • Als u uw werknemers met een verborgen camera wilt filmen, dan moet de OR daar vooraf toestemming voor geven. Ook moet u de betrokken werknemers achteraf informeren over het gebruik van een verborgen camera.
  • U voert een DPIA uit. Blijkt uit de DPIA dat het om een hoog privacyrisico gaat? En lukt het u niet om dit risico kleiner te maken? Dan moet u met de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) overleggen of u een verborgen camera in mag zetten. Dit heet een voorafgaande raadpleging.